Nederlands 1ste graad A

Nederlands 1ste graad A

Verschil zinsleer en woordleer

Verschil zinsleer en woordleer - 1ste graad A - Nederlands

Woordleer - de telwoorden

Woordleer - de telwoorden - 1ste graad A - Nederlands

Woordleer - de trappen van vergelijking

Woordleer - de trappen van vergelijking - 1ste graad A - Nederlands

Woordleer - het bijvoeglijk naamwoord en het bijwoord

Woordleer - het bijvoeglijk naamwoord en het bijwoord - 1ste graad A - Nederlands

Spelling - de leestekens: de aanhalingstekens

Spelling - de leestekens: de aanhalingstekens - 1ste graad A - Nederlands

Taalbeschouwing: de soorten zinnen

Taalbeschouwing: de soorten zinnen - 1ste graad A - Nederlands

Woordleer - woordvorming: grondwoord, de afleiding en de samenstelling

Woordleer - woordvorming: grondwoord, de afleiding en de samenstelling - 1ste graad A - Nederlands

Woordleer - het verschil tussen hoofdwerkwoorden en hulpwerkwoorden

Woordleer - het verschil tussen hoofdwerkwoorden en hulpwerkwoorden - 1ste graad A - Nederlands

Spelling - verkleinwoorden, meervouden

Spelling - verkleinwoorden, meervouden - 1ste graad A - Nederlands

Spelling - gebruik van hoofdletters, tussenletter -n en het trema

Spelling - gebruik van hoofdletters, tussenletter -n en het trema - 1ste graad A - Nederlands

Spelling - Het gebruik van koppelteken en apostrof

Spelling - Het gebruik van koppelteken en apostrof - 1ste graad A - Nederlands

Spelling - de komma

Spelling - de komma - 1ste graad A - Nederlands