Monsieur Leblanc, pour moi une dame blanche, svp.! Jij vindt dat misschien ook lekker?
En waarom is le prix plus bas en basse saison, voor een hotelkamer?
Het adjectif is, net als het bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands, een woord met verschillende gedaantes. Dat komt omdat het zich aanpast aan het woord waarover het iets meer zegt.
Er zijn dan wel algemene regels voor de vorming van het vrouwelijk of het meervoud van die bijvoeglijke naamwoorden, maar ze dekken niet altijd de volledige lading. Zijn er dan geen trucs om het toch te kunnen onthouden? Ja, hoor. Je komt er alles over te weten door het bekijken van deze lessen. Bonne chance! Of toch maar bon appétit, omdat je nu toch eerst dat ijsje gaat eten?
De eerste video gaat (ook) over het bijwoord (l'adverbe) want dat onderscheid moet toch wel eerst duidelijk zijn.
Vooraleer we aan het echte werk van statistiek kunnen beginnen, moeten we eerst weten wat termen zoals kwantitatief, kwalitatief, variatiebreedte, etc. willen zeggen. In dit traject worden deze begrippen aan je uitgelegd.
Je krijgt eerst een duidelijk overzicht van de tijden in het Engels. Dan ontdek je alle details over de vorming en het gebruik van de verleden en tegenwoordige tijd.
In dit lestraject leer je eerst de verschillende soorten landbouw kennen. Nadien leer je ook verschillende landbouwsystemen onderscheiden aan de hand van deze begrippen.
In deze twee video's leer je eerst nulpunten zoeken van een functie om deze vervolgens te gebruiken bij het opstellen van een tekenverloop.
In dit lestraject leer je hoe je hoeken kan tekenen, die even groot zijn als een gegeven hoek, zonder deze eerst te meten. Je leert ook hoe je loodrechten kan tekenen en controleren.
Dit is deel 8 van het traject afgeleiden. In dit traject zal je alle kennis van de vorige trajecten inoefenen. Het kan dus nuttig zijn om eerst delen 1 tot 7 te doorlopen!
Dit traject bevat twee video's. Beiden zijn volledig uitgewerkte oefeningen op de kettingregel. (Waar soms ook een goniometrische functie kan tussen zitten.)
We beginnen bij het begin in dit lestraject: je ontdekt eerst wat een persoonlijk voornaamwoord - een personal pronoun - is, om dan verder te gaan met het juiste gebruik van de object pronoun, of het wederkerend voornaamwoord.
Als afsluiter krijg je alle mogelijke info over de aanwijzende voornaamwoorden - demonstrative pronouns - in het Engels.
° Mais maman, je ne veux un bonbon!
- Non, je ne te donne pas de bonbon!
° Je ne comprends pas!
- Qu'est-ce que tu ne comprends pas mon petit?
° Je demandais un bonbon et tu ne veux pas me donner de bonbon? Je ne comprends pas.
- Mais tu ne comprends ni le français ni le fait que je ne te donne pas de bonbon!
° Mais je veux un bonbon!
- Elle devient folle ...
Heb je hetzelfde probleem? Bekijk snel de video!
Je kan ook eerst nog even de basis bekijken uit de 1ste graad, klik daarvoor hier.